Je kunt de overlijdensrisicoverzekering op jezelf of op het leven van een ander afsluiten. Je bent minimaal 18 jaar als je de FBTO Overlijdensrisicoverzekering afsluit. Je bent dan verzekeringnemer. De persoon die je verzekert, noemen we de verzekerde. De verzekerde moet minimaal 15 jaar zijn.
Dan krijgen je nabestaanden een bedrag als je overlijdt. Met dit bedrag kunnen zij bijvoorbeeld (een deel van) de hypotheek of huur betalen. Of (een deel van) de kosten voor de kinderopvang studie of andere kosten.
Verzeker je bijvoorbeeld je partner? Dan krijg jij een bedrag als je partner overlijdt. Met dit bedrag kun je bijvoorbeeld (een deel van) de hypotheek of huur betalen. Of (een deel van) de kosten voor de kinderopvang studie of andere kosten.
Een overlijdensrisicoverzekering afsluiten op het leven van je partner kan voordelen hebben. Zo kun je bijvoorbeeld erfbelasting voorkomen.
Let op: als je een overlijdensrisicoverzekering aanvraagt, mag de verzekerde op de startdatum niet ouder zijn dan 67 jaar.
Wil je voor jou en je partner een uitkering bij overlijden verzekeren? Dan sluit je bij FBTO voor allebei een eigen verzekering. Met voor elk een eigen verzekerd bedrag en looptijd.
Wil je de verzekeringnemer aanpassen? Of de persoon die het bedrag krijgt (de begunstigde)? Dat kan altijd. Gebruik hiervoor ons wijzigingsformulier (pdf). Nadat wij je formulier hebben ontvangen, krijg je zo snel mogelijk een nieuwe polis.
Verzekeringnemer
Dit is degene die de verzekering afsluit.
Echtgenoot
Dit is de echtgenoot, echtgenote of geregistreerde partner op het moment dat een verzekerde overlijdt.
Kinderen
Het begrip ‘kind’ is in de wet (Burgerlijk Wetboek) vastgelegd. Denk bijvoorbeeld aan een:
Een stiefkind is voor de begunstiging van een levensverzekering pas een kind, als in het testament is bepaald dat het stiefkind in de verdeling van de erfenis als eigen kind wordt gezien.
Goed om te weten, voor een uitkering aan de groep kinderen gelden speciale regels.
Broers en zussen
We verdelen de uitkering over de broers en zussen die nog leven als de verzekerde overlijdt.
Ouders
We verdelen de uitkering over de vader(s) en moeder(s) die nog leven als de verzekerde overlijdt.
Erfgenamen
Dit zijn de personen die recht hebben op (een deel van) de erfenis.