Hoedoejedat: paardrijden met hersenletsel
18 november 2019Esra de Ruiter liep hersenschade op bij een ongeluk waarbij ze onder haar paard terecht kwam. Nu rijdt ze weer dressuur.
Lees het artikel overSjoerd groeide op met zijn ouders, broertje én opa en oma onder hetzelfde dak. Dat vond hij zo’n mooie ervaring, dat hij dat zijn 2 zoons ook gunde. Dus toen Sjoerd, Baudien, Fos en Mats uit hun stadsappartement groeiden, kochten ze een oude boerderij op het platteland. Met de ouders van Sjoerd.
Sjoerd groeide op met zijn ouders, broertje en opa en oma op hetzelfde erf. Opa en oma woonden in het voorhuis, het gezin in het achterste gedeelte van de boerderij. Het zijn mooie jeugdherinneringen voor Sjoerd. “Mijn ouders werkten veel, maar mijn oma zat altijd klaar met een kopje thee als wij uit school kwamen. We liepen de deur niet bij elkaar plat, maar als het nodig was, waren we er wel voor elkaar,” vertelt hij.
Baudien: “De meeste mensen denken dat dit vooral Sjoerds idee was, maar dat is niet zo: het idee om een mantelzorgwoning te kopen kwam vanuit ons beiden.” Ze voegt eraan toe: “Deze manier van wonen moet wel bij je passen. Ik heb genoeg vrienden die het vreselijk lijkt, om zo dichtbij hun schoonouders te wonen. Maar mij bevalt het prima.”
De huizen zijn gescheiden door een tussendeur, die uitkomt in de keuken van Sjoerd en Baudien. Er zijn duidelijke afspraken gemaakt over privacy, bijvoorbeeld dat er altijd eerst geklopt moet worden voor de tussendeur opengaat en dat je niet langs elkaars ramen loopt. Baudien: “Ik vond het best spannend, want ik kende mijn schoonouders natuurlijk goed, maar zo leer je elkaar wel op een andere manier kennen. Maar het gaat heel goed.”
En er is nog een groot voordeel aan samenwonen met je (schoon)ouders: de oppas is altijd dichtbij. Baudien: “Opa en oma passen 1 keer per week een dag op, net als mijn ouders. En als wij een avondje uit eten willen of naar het theater gaan, kunnen we de babyfoon zo om de hoek zetten. Dat is natuurlijk ideaal.”
“Als we een avondje weg willen, kunnen we de babyfoon zo om de hoek zetten.”